Reflectie over Gaza
In Gaza sterven elke dag mensen.
Ze komen om door bombardementen, geweervuur, of simpelweg omdat ze geen toegang krijgen tot de zorg die ze nodig hebben. De wereld kijkt toe en vindt het verschrikkelijk. Tot daar lijkt er consensus. Maar zodra we moeten benoemen wie de aanvallen uitvoert of wie de hulp belemmert, wordt het stil. Dat ligt politiek gevoelig. Of erger nog: sommigen geloven echt dat het geleidelijk reduceren van een volk tot een dicht opeengepakte, noodlijdende massa te rechtvaardigen valt met een beroep op het recht op zelfverdediging.
Hoe is dat mogelijk?
De vraag klinkt retorisch, maar ik stel ze oprecht. Ik ben opgegroeid met het idee dat de mensheid, ondanks haar gewelddadige geschiedenis, gaandeweg zoiets als mensenrechten heeft ontwikkeld. Fundamentele rechten waar ieder mens, ongeacht afkomst of overtuiging, aanspraak op heeft. Die mensenrechten, zo leerde ik, vormen het fundament van onze rechtsstaat en van de liberale democratie.
Als Israël die rechten zo opzichtig met voeten treedt, hoe komt het dan dat we daar niet ondubbelzinnig afstand van nemen? Een veelgehoord argument is dat het genuanceerder ligt, en dat de Palestijnen — zeker onder Hamas — evenmin onschuldig zijn. De gruweldaden van Hamas zijn inderdaad onmiskenbaar en verwerpelijk.
Maar die stelling lijkt te impliceren dat we moeten kiezen tussen Hamas en Israël. Alsof het onmogelijk is om beide te veroordelen. Dat is een valse keuze. Juist omdat Israël beweert een liberale democratie te zijn, zou het méér verantwoordelijk gehouden moeten worden. Zij zouden beter moeten weten.
Er zijn ook principiële argumenten. Een misdaad maakt een andere misdaad niet minder erg. Mensenrechten en oorlogsverdragen zijn nu net ontworpen om in extreme omstandigheden te beschermen wat ons mens maakt. Wat is de waarde van wetten die alleen gelden als ze niet op de proef worden gesteld? Het Israëlisch recht op zelfverdediging is reëel, maar jezelf bewapenen tegen een aanslag is iets anders dan systematisch een organisatie willen uitroeien, ongeacht de burgerlevens die daarbij verloren gaan. Dat is niet alleen strategisch dom — het kweekt extremisme — maar ook moreel onaanvaardbaar.
Daarnaast is er een fundamenteel onevenwicht. Wat doorgaans ‘een conflict’ wordt genoemd, suggereert twee gelijke partijen. In werkelijkheid is Goliath David aan het vertrappelen. De Palestijnen leven niet meer in de huizen waarin ze opgroeiden, raken moeilijk op school of werk, hebben amper toegang tot medische hulp of bewegingsvrijheid. Ze beschikken niet over sterke instellingen, laat staan over een georganiseerd leger. Veel van hen hebben op dit moment zelfs nauwelijks nog voedsel.
En toch verwachten we van hen een oplossing? Als ze vreedzaam protesteren, worden ze genegeerd. Als ze zich met geweld verzetten — wat, laat dat duidelijk zijn, niet te verantwoorden is — dan volgt de vergelding genadeloos.
Israël daarentegen beschikt over een functionerende staat, een bloeiende economie en een hoogtechnologisch leger. Zij hebben de macht om andere keuzes te maken. Zij zouden de Palestijnen perspectief kunnen bieden op een toekomst als gelijke burgers, in hun eigen land of in een gedeeld land. Juist omdat Israël de mogelijkheid heeft om het anders te doen, en dat weigert, rust de grootste verantwoordelijkheid bij hen. We kunnen pas spreken over de verantwoordelijkheid van de Palestijnen als zij werkelijk een keuze krijgen — niet tussen terreur of ondergang, met concreet uitzicht op een waardig leven voor beide partijen. Ik schrijf dit en vrees dat het al te laat is. Wie kan dit nog vergeten? Toch moet het. Laten we nooit stoppen met geloven dat het kan.
Het blijft mij verbazen dat Europa er niet in slaagt om duidelijk stelling te nemen tegen wat steeds meer lijkt op een volk dat doelbewust vernietigd wordt. Waarom leggen we niet alle diplomatieke, economische, politieke, wetenschappelijke, culturele en sportieve banden met Israël stil, tot er een fundamentele koerswijziging plaatsvindt?
Juist omdat Israël op zoveel vlakken op ons lijkt, moeten we streng zijn. Soms is het zoeken naar nuance een manier om iets niet onder de ogen te willen zien — al staat het recht voor je neus.
Hoogachtend,
Een Europeaan
